Morgen vertrek ik voor een weekend naar Frankrijk. Zeventien jaar geleden deed ik een jaar van mijn studie in Frankrijk, in Nice aan de Cote d’Azur. Ik had daar een heerlijke tijd en genoot volop van de zon, de zee, het uitgaansleven en alle leuke vriendschappen die ik daar sloot. En natuurlijk leerde ik er ook heel veel en dan niet eens direct vanwege de colleges die ik volgde. Wat ik als uitwisselingsstudent in Frankrijk leerde, haalde ik vooral uit de ervaringen.
Ik kon er destijds voor kiezen om de studie samen met de Fransen in het Frans te volgen of een apart traject voor internationale studenten in het Engels. Als taalfanaat koos ik er natuurlijk voor om het in het Frans te doen. Dat bleek nog een flinke uitdaging te zijn, maar ook heel erg leerzaam.
Wat vooral heel interessant was, waren de lessen Spaans en Engels. Ik had toen ik in Frankrijk begon al zo’n vijf jaar Spaans op school in Nederland gehad. Hoeveel jaar mijn Franse medestudenten al hadden gehad, weet ik niet precies, maar meteen al in de eerste les stond ik versteld van het niveau.
Die Fransen pikken het Spaans echt supermakkelijk op natuurlijk omdat de talen erg veel met elkaar gemeen hebben. Ik voelde me daardoor soms wel een beetje ongemakkelijk en dat had zowel een positief als negatief effect op mij.
Het negatieve effect, was dat ik me iets minderwaardiger voelde. En dat was ook wat ik het meest direct ervaarde. Het deed zeker iets met mijn zelfvertrouwen en ik voelde me het kneusje van de klas.
Maar het positieve effect, dat ik helaas eigenlijk naderhand pas besefte, was dat ik uitgedaagd werd meer uit mezelf te halen en dat ik juist veel leerde van het hoge niveau om me heen.
Bovendien werd mijn gedeukte zelfvertrouwen weer leven in geblazen tijdens de Engelse les waar ik samen met de meeste andere uitwisselingsstudenten al veel verder bleek te zijn dan de Fransen.
In de lessen die ik nu geef aan mijn volwassen cursisten merk ik ook vaak dat verschillen tussen cursisten soms effect hebben op het zelfvertrouwen. Het is ook logisch dat we om ons heen kijken en onszelf met anderen vergelijken.
“Wat maakt die ander gemakkelijk en snel goede zinnen.”
“Wat een uitgebreide woordenschat heeft hij.”
“Zo, zij kent de werkwoords-vervoegingen echt heel goed.”
Allemaal uitingen van bewondering die je zeker mag hebben, zolang je daarbij maar geen vergelijking maakt met jezelf. Bedenk in plaats daarvan ook wat jij juist goed kan. In mijn live lessen ligt de focus altijd op spreken, maar misschien schrijf jij wel hele goede teksten en krijg je die altijd terug met nauwelijks aantekeningen. Misschien ben je goed in lezen in het Spaans of snap je meteen de tekst van een Spaans lied.
En de tweede tip die ik je wil meegeven voor als je je wat onzeker voelt in een groep is dat je juist gebruik maakt van het niveau en de vaardigheden van de anderen. Zie ze als voorbeeld. Luister naar de woorden die ze gebruiken. Stel vragen als je iets niet begrijpt, maak aantekeningen van mooie zinnen die je ook wilt gebruiken.
En weet je wat trouwens helemaal mooi is? De indruk dat je niet zo goed bent als de rest is vaak maar een illusie en meer mensen hebben die indruk van zichzelf dan je misschien denkt. Zo vaak wanneer iemand dit in één van m’n lessen benoemt, roept de rest verbaasd uit dat ze diegene juist zo goed vinden.
Dus, gebruik je omgeving als inspiratie en leerbron en niet als vergelijkingsmateriaal. Gebruik de ander om zelf ook op te klimmen en niet om jezelf naar beneden te halen.
Wil je nog meer geïnspireerd worden of heb je nog een zetje nodig om hier ook echt in te gaan geloven? Meld je dan aan voor de gratis Masterclass los cinco secretos naar el paso siguiente en español.